3.5.4 Stap 2: Gebruik SCAMPER om je ideeën verder uit te werken

Course subject(s) Module 3: Ideeën bedenken

Stap 2: Gebruik SCAMPER om je ideeën verder uit te werken

Je hebt een mooie hoeveelheid ideeën bedacht. Wat nu? De SCAMPER methode helpt je om deze ideeën verder uit te werken, ze te verbeteren en om zelfs hele nieuwe ideeën te bedenken. De SCAMPER methode bestaat eigenlijk uit een set vragen die je jezelf kunt stellen.

Als je wilt kan je ook de kaarten gebruiken die Koen en Iris hebben gemaakt voor deze opdracht! Je kunt ze vinden via deze links: voorkant SCAMPER kaartenachterkant SCAMPER kaarten.

Instructies

Stel voor elk idee de volgende 7 vragen één voor één, en probeer om het idee verder te ontwikkelen. Niet alle vragen werken voor elk idee, en dat geeft niets. Sla die vraag dan over.

  1. Substitute (vervang) – Wat zou je kunnen vervangen aan het idee om het te verbeteren?

    Misschien zou je materialen of onderdelen kunnen vervangen?
    Welke onderdelen van bestaande producten zou je kunnen gebruiken?
    Misschien kan een ander product of proces hetzelfde doen als het idee? wat zou dat kunnen zijn?

  2. Combine (combineer) – Wat zou je kunnen combineren om het idee te verbeteren? 

    Wat zou er gebeuren als je twee ideeën samenvoegt? of als je het idee met een bestaand product samenvoegt?

  3. Adapt (aanpassen) – Welke onderdelen van het idee zou je kunnen aanpassen om het idee beter te maken? 

    Hoe zou het idee ook nog andere doelen kunnen dienen?
    Welk onderdeel van het idee ben je niet zo blij mee en zou je aan kunnen passen?

  4. Modify (verander) – Hoe kun je het idee als geheel veranderen om het te verbeteren? 

    Hoe zou je de vorm, het uiterlijk of hoe het voelt kunnen veranderen?
    Wat zou er gebeuren als je het groter of kleiner zou maken?

  5. Put (verplaatsen) – Hoe zou je het idee in een andere omgeving kunnen gebruiken? 

    In welke andere omgevingen of situaties zou je het idee ook kunnen gebruiken, en hoe zou het er dan uitzien?
    Hoe zou het idee anders moeten werken in een andere omgeving?

  6. Eliminate (weglaten) – Welke onderdelen van het idee zou je kunnen weglaten? 

    Hoe zou je het idee simpeler kunnen maken?
    Welke onderdelen, functies of eigenschappen zou je weg kunnen laten?

  7. Reverse (omdraaien) – Wat zou je kunnen omdraaien aan het idee? 

    Wat zou er gebeuren als je de gebruiksstappen zou omdraaien? Of als je de volgorde van gebruiksstappen zou veranderen?
    Hoe zou het idee eruitzien als je precies het tegenovergestelde wilt bereiken met je idee?

Creative Commons License
Introductie productontwerpen: van probleem tot prototype by TU Delft OpenCourseWare is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.
Based on a work at https://online-learning.tudelft.nl/courses/delft-design-approach/
Back to top